Erik de Jong en Boris Paval Conen
Gastcurator Janna van Zon
Deze tentoonstelling die het KCA in Oude Raadhuis organiseert is er één van realistische figuratieve kunst. En dat is ook niet verwonderlijk, want de tentoonstelling wordt georganiseerd door gast-curator Janna van Zon. Zij wist de schilder Erik de Jong die normaal gesproken zijn werk via de befaamde Galerie Mokum verkoopt, te bewegen in Aalsmeer te exposeren met zijn nieuwste werk. De Jong vroeg de filmmaker en beeldhouwer Boris Paval Conen om de expositie aan te vullen met zijn houten beelden. Die ontmoeting ging zoals de moderne tijd betaamt via Facebook.
De schilder De Jong toont werk uit drie perioden. Zijn jongensdroom was niet om agent of astronaut te worden, maar schilder. En dat heeft hij gedaan. Die jongensdromen van anderen zet hij nu soms op het doek, zoals bijvoorbeeld de politieman in de Grote zaal. Voor de goede beschouwer zit daar toch ook nog wel een grapje in de spiegelbeelden van de prominente zonnebrillen.
Levende wezens
De Jong schildert bij voorkeur levende wezens, de mens en het dier. Hij doet dat superrealistisch met een vleugje magisch-realisme. “Ik schilder nooit vrouwen,” zegt De Jong desgevraagd. “Het gaat mij om de compassie tussen mannen, maar ook om een tikje weemoed en om mededogen. Op dat moment staan we bij een schilderij in de kleine zaal dat niet anders kan zijn dan een groep mannen op een kerkhof. De accordeonist, de man met de fles rode wijn, die met het halve glas en daarachter de geestelijken in minutieus geschilderde habijten lopend langs het fijnzinnig geschilderde kippengaas is een vrolijke en droevige optocht tegelijk. Mannen in een stil landschap dat eenzaamheid onderstreept. Het is het handschrift van De Jong.
Gevangenen van de oorlog
Dat stille komt ook terug in de serie zwart-witte houtskooltekeningen in de Grote Zaal. Voor De Jong is het een speurtocht naar het ultieme zwart, maar voor de kijker is er een serie portretten van steeds dezelfde man te zien onder de titel ‘Prisoners of war’. “Ik werk met foto’s die ik zelf maak. Zo ontstaan er verschillende houdingen en benaderingen om de man weer te geven. Dat het doet denken aan oorlog is ook de bedoeling. Het doet mij denken aan mijn jeugd dat ik met mijn vader door het bos liep en hij me moest vertellen over de geschiedenis over de oorlog. Het zijn thema’s die me nog steeds fascineren.”
En dan zijn er nog de zwart/witte kuikens in het Tuinzaaltje. Ook hier minutieus en met contrasten gewerkt en ook weer die fascinatie met leven en dood. Het eerste wat De Jong zegt is dat zo’n kuiken de volgende dag dood is. Gaandeweg blijkt echter dat hij met deze grote tekeningen zijn intense angst voor het gevederte probeert te bezweren. “Kijk het lijkt een onschuldig wezen, maar het heeft een scherpe snavel die de schilder blind kan maken. Nee, ik zou nooit een kip durven oppakken.”
Kwetsbaarheid tonen
De kersverse beeldhouwer Boris Paval Conen is oorspronkelijk filmmaker die zeker ook wat successen heeft mogen optekenen. Het filmen heeft hij er ook niet aan gegeven want hij is nu bezig met een film over Srebrenica en de rol van verschillende artsen met een verschillende geloofsovertuiging. Heel wat anders dan de vier houten beelden die hij laat zien. Het beeldhouwen is wel een discipline die steeds weer terugkomt in zijn leven. De houten koppen die hij nu heeft gemaakt zijn dan ook zeer recent. Het is ook de eerste keer dat hij exposeert met zijn werk. Zijn koppen van linde- en kersenhout kregen titels mee als ‘afraid of what’s inside’, ‘falling apart’ en ‘capturing post’. De koppen harmoniëren wonderwel met het werk van de schilder. ”Het gaat mij om kwetsbaarheid en die durven tonen,” zegt Conen. “Voor mij is een beeld bevroren tijd en als het lukt om met zo’n beeld iemand in de ziel te schouwen, is het iemand raken en geraakt worden en dat is het allerbelangrijkst.”